maandag 10 juli 2017

Architectuur door de jaren heen

Het woord architectuur kan alleen maar betekenen dat er sprake is van een professionele activiteit, een artistiek medium of een collectie van een vorm van beeldende kunst. Architectuur is als gevolg daarvan haar eigen geschiedenis. Architectuur, hoe modern ook, is altijd het gevolg van eerdere ontwerpen en eerdere gezichtspunten. En dat zal ook in de toekomst niet veranderen.

Voor de twintigste eeuw werden die gezichtspunten en ontwerpen ontwikkeld, voortdurend gebruikt en hergebruikt door de architecten zelf. De tempels die gezien mogen worden als de eerste echte architectonische ontwerpen zijn overal te herkennen, door de geschiedenis heen, vooral in Europa, maar ook wereldwijd. De Griekse ontwerpen voor tempels werden door de Romeinen bijna volledig overgenomen en zijn vaak nog terug te vinden in de architectuur van meer moderne kerken en andere gebouwen die indruk moesten maken.

Dat er veel ontwerpen en delen daarvan zijn die weer hergebruikt worden betekend gelukkig dat de moderne architectuur nog steeds bestaat. Kennis en praktijk brengt uit zichzelf veranderingen teweeg. Zo bleek het puntdak de pilaren in oudere gebouwen overbodig te maken. Latere pilaren werden een statussymbool, nog steeds gebruikt door architecten, maar met een geheel nieuwe functie.

Het timpaan uit de Griekse en Romeinse bouwkunst werd ook al overbodig. Als uithangbord dat de functie van een gebouw verkondigde was het bij een lezend publiek niet meer nodig. Toch zien we nog steeds mooi gebeeldhouwde voorbeelden, ook in de moderne architectuur.

Het gebruik van andere bouwmaterialen brengt wel zichtbare veranderingen met zich mee. Een gebouw ban gebakken of natuurlijke steensoorten is per definitie gesloten. Glas en ander doorzichtige materialen zorgen ervoor dat bezoekers van een gebouw vaak al voordat ze binnen gaan een gebouw van binnen kunnen zien. Zo bestaat de gevel van het moderne station in Den Haag bijna geheel uit glas. De bezoeker kan daardoor vaak al van een afstand zien waar de perrons zijn, en waar de kantoren en loketten gelegen zijn.

Maar de geschiedenis zal aantonen dat herhaling en hergebruik in de architectuur niet dood zijn. De architectuur vormt nog steeds haar eigen geschiedenis, en zal dat ook in de toekomst blijven doen.